Ik kom op de club regelmatig het volgende biedverloop tegen:
Noord | Oost | Zuid | West |
pas | 1♥ | pas | 2♥ |
pas | 3♥ | pas | 4♥ |
Het laatste bod wordt dan vaak lacherig afgedaan als de “dan maar” conventie, want 3♥, tja, dat is “natuurlijk” geen contract. Is er iets tegen dit biedverloop? Nee hoor, helemaal niet. Oost belooft in eerste instantie een opening, West 6 tot 9 punten en hartensteun en Oost vraagt tenslotte West met 8 tot 9 punten 4♥ te bieden, waar West in dit geval gehoor aan geeft. Maar toch, Oost en West lijken wel twee verliefde egeltjes, die doen het ook héééél voorzichtig…
Nou valt het ook niet mee voor West. Met 7 punten passen en met 8 bieden dat vereist discipline en inschattingsvermogen. Niet elk punt is even veel waard en het is frustrerend om regelmatig 3♥+1 te halen. Dan vraagt partner of er nou echt geen 4♥ vanaf had gekund (“die ruiten 10 is goud waard, dat zie je toch”). Nee, dan kun je beter 4♥ bieden. Als de partner dan één down gaat, kun je hem altijd nog melden dat hij “natuurlijk wel iets beter had af moeten spelen”. Is daar, afgezien van het feit dat zo’n partnerschap niet echt gezond lijkt, niet iets aan te doen?
Nou, Oost kan het zijn maat toch wel iets gemakkelijker maken. Stel dat Oost de volgende hand heeft:
Bekijk dan eens de volgende vier mogelijke westhanden:
♠H53 | ♠HV5 | ♠83 | ♠V5 |
♥T642 | ♥T642 | ♥T642 | ♥T642 |
♦HVT2 | ♦864 | ♦HVT32 | ♦864 |
♣B7 | ♣HB | ♣B7 | ♣HB |
(9 ptn) | (9 ptn) | (6 ptn) | (6 ptn) |
Met de eerste hand is 4♥ vrijwel altijd gemaakt, met de tweede hand ga je zo’n 3 van de 4 keer down (ruiten HV vóór de boer werkt). Met de derde hand haal je in de meeste gevallen 4♥ (er is ruiten introefgevaar), met de vierde hand zou zelfs 3♥ nog wel eens te hoog kunnen zijn.
Kijk, na het 2♥ bod van West staat de troefkleur echt wel vast. Dus Oost hoeft absoluut niet nog eens harten te bieden, een andere kleur mag ook. Oost mag dus gerust “vreemd gaan”. Ik heb het hier overigens over bridgen, kom in andere gevallen niet met het argument dat “het van Joost mocht”. Je kunt op meerdere manieren “vreemd gaan”, dat moeten jij en je partner duidelijk afspreken.
De eerste manier is om je lange kleur te bieden. In ons voorbeeld zou Oost dan 3♦ in plaats van 3♥ hebben geboden. Dat betekent dan: partner, ik heb belangstelling voor 4♥, en punten in ruiten zijn erg waardevol. Dan zie je dat in ons voorbeeld het met de eerste en derde hand een stuk aantrekkelijker wordt om 4♥ te zeggen en met de tweede en vierde hand het vaak beter is om het maar op 3♥ te houden.
De andere manier is om je korte kleur te bieden. In ons voorbeeld zou Oost dan 3♣ in plaats van 3♥ hebben geboden. Dit betekent dan: partner, ik heb belangstelling voor 4♥, en punten in klaveren zijn niet zo nuttig. Dan zie je dat in ons voorbeeld het met de tweede en vierde hand een stuk aantrekkelijker wordt om 3♥ te zeggen en met de eerste en derde hand 4♥ overwogen kan worden.
Het is duidelijk dat de ene methode de andere uitsluit, je zult dus moeten kiezen. Op zich doet de eerste methode, je lange kleur bieden, vrij natuurlijk aan. Beide methoden hebben overigens een engelse naam: long suit trials respectievelijk short suit trials. Als je geen andere lange (of korte) kleur hebt dan kun je 2SA bieden als je interesse hebt in een SA contract en 3♥ in alle andere gevallen.
Het grappige is dat je in het omgekeerde geval dezelfde manier van kaartwaardering kunt gebruiken:
Noord | Oost | Zuid | West |
pas | 1♦ | pas | 1♥ |
pas | 2♥ of 3♥ | pas | ??? |
Bij het tegen elkaar opbieden kun je ook vreemd gaan:
Noord | Oost | Zuid | West |
pas | 1♥ | 1♠ | 2♥ |
2♠ | ??? |
In dit soort gevallen zul je als Oost vaak 3♥ willen bieden, zonder dat West onmiddellijk doorstoomt naar 4♥. Kijk bijvoorbeeld eens naar deze twee Oost handen:
♠AB6 | ♠B65 |
♥HVB85 | ♥HVB85 |
♦AB75 | ♦AB75 |
♣3 | ♣3 |
Met de eerste hand wil je een poging doen voor 4♥. Met de tweede zeker niet, maar je wilt de tegenstander niet graag 2♠ laten spelen. Je kunt dan afspreken dat vreemd gaan (of doublet als er geen biedruimte is) een poging is tot 4♥ en dat gewoon 3♥ alleen maar bedoeld is om de tegenstander niet te laten spelen. Je kunt die betekenissen ook omdraaien, net wat je handig vindt.
Al met al is vreemd gaan in bridge een stuk aantrekkelijker dan in het echte leven.